Dag drie en vier, regen, wind, zonneschijn en water

21 augustus 2017

Het is kwart voor vijf in de ochtend als ik wakker wordt van m'n voeten die nat zijn geworden. Oorzaak; in m'n slaap heb ik met m'n voeten de binnentent tegen de buitentent gedrukt, waardoor de tent is gaan lekken en nu m'n slaapzak en voeten nat zijn. Geërgerd trek ik m'n benen in en probeer ik als een rups iets naar voren te kruipen zodat ik niet meer tegen de binnentent aan zit. Buiten regent het nog steeds. Gelukkig val ik van de vermoeidheid weer in slaap en word om negen uur weer wakker van de wekker. Het vooruitzicht van de natte tent in de regen inpakken is niet erg prettig en ik hoop erop dat het snel droog zal worden. Na gedouched en gegeten te hebben is het weer er nog niet veel beter op geworden. Daar zit ik dan, in de tent met m'n motorpak aan te wachten tot de regen ophoudt. Na een kwartier wachten heb ik er genoeg van en besluit ik in de regen de tent in te pakken. Uiteindelijk valt het wel mee om te doen, maar prettig is anders. Tijdens het opvouwen kom ik er gelukkig nog achter dat m'n handschoenen in de binnentent zitten en dat ik doe zojuist aan het inpakken was in de natte tent. Nog even vlug alles op de motor laden en ik ben klaar voor vertrek.
Het dagje snelweg begint alweer goed, nog voor de oprit van de snelweg staat er al file. De file is gigantisch, over een stuk van twintig kilometer ben ik bijna alleen maar tussen de auto's door aan het manoeuvreren. In m'n hoofd ben ik alleen maar bezig met de volgende vraag; zou ik nu liever droog in de auto zitten en een uur doen over een kilometer of zit ik liever in de stromende regen en rijd ik ben ik over een uur uit de file? Gelukkig heb ik geen keuze en rijd ik maar snel tussen de file door. Het volgende dilemma is lastiger; houd ik nu m'n vizier open, waardoor ik alles goed kan zien, maar m'n gezicht nar wordt of houd ik hem dicht zodat ik droog blijf, maar mn zicht beperkt wordt van m'n ogen tot aan het vizier. Lastige keuzes allemaal, gelukkig kom ik er snel achter dat de middenweg, het beste werkt, het vizier halfopen.

Verderop is de grens van Oostenrijk. Om te mogen genieten van de prachtige wegen in Oostenrijk moet je een vignet hebben. Pure geldklopperij in mijn ogen, gezien de Oostenrijkers gratis gebruik mogen maken van ons wegennetwerk.
Het is me al twee keer gelukt om boetevrij door te rijden en ik hoop dat een derde keer het ook moet lukken. De vorige keren ging ik alleen niet via de snelweg het land in, en was er ook geen controle, bij de grens van Zwitserland is het me trouwens ook een keer gelukt om zonder vignet door de controle te komen, door gewoon vastberaden en vol zelfvertrouwen door te rijden. Bij de grens lijkt de situatie helaas anders. Een kilometer voor de grens is er volgens het bord wat er staat hier de laatste kans om een vignet te kopen. Het zal toch niet zo zijn dat ze bij de grens alleen maat staan te controleren en dat je er vooraf een moet hebben gekocht? Helaas verlies ik het van m'n onzekerheid en geweten en maak ik toch gebruik van de laatste mogelijkheid om het vignet te kopen. Bij het loketje krijg ik een mooie sticker met daarop de inrijdatum en da maximale uitrijdatum. Ik vraag aan de dame van het loket waar ik de sticker moet plakken? Het antwoord heb ik nog steeds niet.
Teruglopend naar de motor heb ik al een mooie plek op het spatbord gezien waar hij op kan. En nu het plakken... dat gaat dus niet op de natte ondergrond. Geërgerd door het feit dat ik alsnog vijf euro heb betaald voor een achterlijke sticker en hem nergens kan plakken stop ik hem maar snel ergens in een tas en ga ik weer verder. Tot m'n verbazing staat er helemaal niemand bij de grensovergang en is er geen controle. Pff al dat geld en die moeite voor niets...
Verderop zie ik de in mist en regen gehulde bergen tegemoet komen. Het is nog 180 kilometer naar de andere kant van Oostenrijk. De weg gaat langzaam omhoog en het begint kouder te worden. In mn laarzen voel ik al dat er een golf van water staat en dat die bij de minste beweging naar voren of achtereb kruipt. Langzaam voel ik het op meer en meer plekken nat worden. Gelukkig zijn er veel tunnels, die ervoor zorgen dat ik even droog rijdt. De lange tunnels zijn vooral erg geliefd aangezien naarmate de tunnel langer wordt, het naar het einde toe ook steeds warmer wordt. Dat zorgt voor vreemde vertoningen aangezirn ik aan het einde van de tunnel met twee benen en één arm wijd rijd om zoveel mogelijk warmte op te doen.
Gelukkig houdt het op een gegeven moment op met regenen en gaat de weg weer naar beneden, als daar een grote file begint die over een paar kilometer volledig stil staat. Helemaal vooraan de file staat een stoplicht op rood. De mensen vooraan staan al een tijd te wachten en hebben via het nieuws gehoord dat er brand in de tunnel is geweest. Ik maak dankbaar van de gelegenheid gebruik om even pauze te houden. Tijd om het 24 uurs pakket te openen, met daarin alles om een militair... euhh motorrijder optimaal te kunnen laten presteren. Net als ik de reep chocolade op heb begint het stoplicht oranje te knipperen. De verwarring is toegeslagen bij de autorijders, want mag er nu wel of niet gereden worden? Van deze verwarring maak ik optimaal gebruik en pak ik snel m'n tas weer in en tijdens het opzetten van de helm beginnen de auto's al langs me heen te rijden. Snel probeer ik weg te rijden als de motor afslaat. Waarschijnlijk doet de sensor van de standaard niet helemaal z'n werk. Na een paar keer het standaard in en uit te klappen doet hij het gelukkig weer en kan ik weer verder.
Uiteindelijk kom ik aan bij Villach, wat in de buurt van de grens van Slovenië en Italië ligt. De navigatie gaat richting het begin van de Trans Euro Trail. Eenmaal de snelweg af en het begint weer ligt te regenen. Ik kom in een Italiaans dorpje en steek net daarna de Sloveense grens over. Achter het grensgebouw staan een paar indrukwekkende forten uit de eerste wereldoorlog. M'n eerste kennismaking met de wegen hier is niet zo prettig. De wegen zijn behoorlijk uitdagend, maar door de regen behoorlijk glad. Nu wil het ook nog niet echt meehelpen dat er een paar forse noppenbanden onder de motor zitten. Gelukkig wordt het na de eerste bergpas wat vlakker en rijd ik door naar Bovec. Daar vind ik een hostel in een hotel. Normaal ga ik liever camperen, maar daar heb ik nu even geen zin in. In het hostel ontmoet ik wel een paar leuke mensen, waaronder de Amerikaanse Tish, die naar Spanje is gevlucht toen Trump aan de macht kwam en de Nieuw- Zeelandse Chris die drie maanden door Europa trekt. Chris weet me te overtuigen dat deze plek het rafting Mekka is van Europa, en haalt me tijdens het eten over om morgen te gaan raften. Op zich geen slecht idee om morgen eens niet te gaan rijden, m'n achterwerk is er ook wel aan toe.

Dag 4
De volgende dag ga ik na het ontbijt een kleine hike maken naar de rivier verderop met Chris. Het is eindelijk mooi weer en de zon schijnt. Ik kom erachter dat Chris in het dagelijks leven radio dj was tot hij een paar maanden geleden z'n baan had opgezegd. Verder heeft hij het richtinggevoel van een slak en kan niet zo goed zingen,iets wat hij graag laat horen. Na een tijdje lopen komen we eindelijk bij de rivier aan, waar we met blote voeten doorheen banjeren, om op het droogliggende gedeelte mooie foto's te maken. Na een tijdje zijn we het zat en gaan we weer terug.
In de middag stappen we met vol goede moed en zin in de raft om van de wilde rivier af te varen. Helaas zitten we in een boot met Italianen die hun peddels vasthouden alsof ze spaghetti aan het oplepelen zijn. Dit drijft de gids overigens tot het uiterste. Leuk is het wel, de rivier en de omgeving zijn mooi en het water is stervenskoud. Bij een grote rots springen we het water in en wordt de boot als glijbaan neergelegd. Verderop is helaas al weer het einde van de rit.
Na het raften besluit ik met de motor naar lake Bled te gaan, wat bijzonder mooi zou zijn. De rit er naar toe is in ieder geval geweldig en valt in het rijtje beste ritten ooit. Bij Lake Bled zelf is erg mooi, maar blijkt heel toeristisch en ik heb het na een half uur wel weer bekeken. De weg terug rijdt ik de zonsondergang tegemoet en is bijzonder mooi. Helaas betekent het wel dat ik in het donker weer door de bergen moet rijden, maar het blijkt alles mee te vallen.in het donker kom ik aan bij het hostel, waarna ik nog even wat ga eten bij een restaurant hier verderop. Die rustdagen zijn wel prettig, maar ik wordt er doodmoe van.

Foto’s

2 Reacties

  1. Henk:
    21 augustus 2017
    Het valt ook niet mee, dat kamperen zonder papsie en mamsie
    Haha
  2. Willy:
    21 augustus 2017
    He Karl, wat een rit man!!!! In de regen!!! Gelukkig heb je nu beter weer.
    Wij zitten in de buurt van Mainz, hopen morgen richting Munchen te rijden....